wat mij boeit
De mens en zijn erotiek. Tegenstellingen die elkaar completeren.
Uitersten die aantrekken en afstoten: man – vrouw, nabijheid – afstand, schepping – vernietiging, leven – dood.
Werken met klei is een magisch gebeuren.
Mijn vormen groeien tussen realiteit en abstractie.
Uit naturalistische vormen ontstaan universele vormen waarin door alle tijden heen uitdrukking is gegeven aan de mysteries van vruchtbaarheid, geboorte, leven en dood.
Torsen abstraheren tot
idolen en stèles, tekens van potentie als teken van de mens.
Ontstaan als tekens van leven blijken het tevens tekens van gedachtenis te zijn.
Plaatsen waar stèles werden opgericht, zijn vaak plaatsen van leven en dood, plaatsen van vernieuwing waar het oude in het nieuwe ten onder gaat.
>
De driehoek als oersymbool.
De Indische godin Kali, godin van vernietiging én godin van bevruchting en leven tegelijk, wordt afgebeeld als driehoek met de punt naar boven.
Pythagoras zag de driehoek als symbool van universele vruchtbaarheid.
De driehoek met de punt naar boven en de driehoek met de punt naar beneden, zijn oersymbolen voor het mannelijke en het vrouwelijke.
In het hexagram, het Salomonsteken, ook wel de Davidsster,
schuiven de twee driehoeken ineen, en versmelten mannelijke en vrouwelijke energie.
Dit teken is de westerse variant van het Chinese yin-yang teken.
AUM wordt voorgesteld als twee in elkaar geschoven driehoeken met een punt in het midden.
De klei vertelt me verhalen en ik vertel mijn verhaal aan de klei.